Maria Lassnig geboren in Oostenrijk ging naar de kunstacademie in Wenen in 1940, het jaar van de Tweede Wereldoorlog, desondanks begon zij aan haar carrière als kunstenares. Onder de Nazi's konden kunststudenten niet veel meer dan in een rigide stijl realisme gaan schilderen, maar haar hart lag bij de 'verdorven' expresssionisten zoals Oskar Kokoschka en Egon Schiele. Met name Schiele zal in haar latere werk als in een invloed te zien zijn, alhoewel zij volledig haar eigen stijl zou vinden. Na haar afstuderen in 1944 vond zij aansluiting bij de Hundsgruppe: de Weens Abstract-expressionistische groep kunstenaars onder leiding van Arnulf Rainer.